Fossielen uit het dorpje Rhynie zijn wereldberoemd vanwege zijn goedbewaarde plantenfossielen uit het Pragien, onder Devoon tijdperk. Het is een van de oudst bekende landafzettingen met fossielen uit de eerste fase van de kolonisatie van het land. Bovendien zijn de planten uitzonderlijk goed bewaard gebleven, waardoor zelfs de individuele plantencellen nog te zien zijn. De detailstructuren zijn bestudeerd door slijpplaatjes van de fossielen te maken.
De zogenaamde Rhynie Chert is voor het eerst ontdekt door W. Mackie in 1912. Later hebben de paleobotanisten R. Kidston en H. Lang veel over deze fossielen gepubliceerd. De vondsten hebben ons veel geleerd over de evolutie van het leven in het onder Devoon tijdperk.
De fossielen zijn in het verleden gevonden in hele kleine ontsluitingen, en losse vondsten. Nu is er echter alleen nog maar een weiland te zien. Er kan dus niet worden gezocht. De laag met fossielen is bedekt met meer dan een meter grond. De plek is tegenwoordig beschermd als een Site of Special Scientific Interest, SSSI.
De planten hebben geleefd in een moerasachtig gebied met warme bronnen en een subtropisch tot tropisch klimaat. Het kwartsrijke water uit de bronnen zorgde voor een snelle fossilisatie. De kwarts mineralen hebben in de loop van de tijd de plaats ingenomen van het organisch materiaal. Recente radiometrische dateringen wijzen op een ouderdom van 396 miljoen jaar (+/- 12).